Sociaal-maatschappelijke artikelen

ICD en seksualiteit: lust en liefde, een leven lang. Ook voor ICD-dragers! (oktober 2011)

Susan van Hooren Annemarie Kunnen

Susan van Hooren is seksuoloog en universitair docent klinische psychologie, onder andere werkzaam bij de polikliniek seksuologie in Atrium Medisch Centrum te Heerlen. Annemarie Kunnen is cardiopsycholoog, werkzaam bij Adelante-zorggroep te Hoensbroek

 

 

Seksualiteit en intimiteit zijn een wezenlijk deel van het leven en dragen in een belangrijke mate bij aan de kwaliteit daarvan. Vaak wordt dit thema echter eenzijdig verbonden met jong, aantrekkelijk en een volmaakt en gezond lichaam. Zonde! Ook wanneer mensen te maken krijgen met veranderingen in hun lichaam kunnen ze nog volop genieten van seksualiteit. Door onwetendheid, schaamte en taboe wordt er jammer genoeg weinig over gesproken, zowel door patiënten met hun partners als door hulpverleners. Daarom zullen we in dit artikel meer aandacht schenken aan seksualiteit bij ICD-dragers, waardoor het wordt beïnvloed en op welke manier er gestreefd kan worden naar een bevredigend seksleven.

Wat is seks?

Seks is een zeer veelzijdig begrip en heeft betrekking op gedachten, gevoelens en handelingen die gepaard gaan met lust en opwinding. Seks is dus meer dan alleen geslachtsgemeenschap. Ook kan er manuele of orale stimulatie mee bedoeld worden. Seks kan tussen twee personen plaatsvinden, maar ook kan er seks zijn in je eentje, ook wel soloseks genoemd. Aan de beleving van seksualiteit zal iedereen een eigen betekenis geven. Het kan een sociale of emotionele betekenis hebben, door bijvoorbeeld het tonen van gevoelens en genegenheid aan elkaar. De aanraking betekent het maken van lichamelijk contact, niet alleen met het eigen lichaam, maar ook met het lichaam van de ander. Deze lichamelijke aanraking staat centraal binnen seksualiteit. Bij ICD-dragers kan er juist in de betekenis van deze lichamelijke aanraking verandering optreden, door onder andere de hartproblemen, de operatie en de ICD.

 

Beïnvloedende factoren

Seksualiteit is afhankelijk van een breed scala aan factoren. Zowel lichamelijke, psychologische als sociale factoren blijken van belang te zijn voor het seksueel functioneren. Deze benadering wordt ook wel het bio-psychosociaal model genoemd. Ook bij ICD-dragers kunnen deze factoren een rol spelen en zodoende de seksualiteit beïnvloeden:

 

1.Lichamelijke of biologische factoren

Stoffen in het lichaam, zoals hormonen, maar ook bepaalde ziektes blijken duidelijk hun weerslag te kunnen hebben op seksualiteit. Zo kunnen hart- en vaatproblemen leiden tot klachten die niet bevorderlijk zijn voor de seksualiteit. Kortademigheid, vermoeidheid en pijn op de borst kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat een vrijpartij minder lang duurt of dat deze minder vaak plaatsvindt. Ook kan de ICD-drager gelijktijdig last hebben van andere aandoeningen zoals diabetes en hypertensie, waarvan bekend is dat ze een negatief effect kunnen hebben op het seksueel functioneren. Verder kunnen bepaalde medicijnen bij hart- en vaatlijden bijwerkingen hebben die van invloed zijn op de zin in seks, de lichamelijke opwinding of het orgasme. Het kan daardoor bijvoorbeeld lastiger worden om een erectie te krijgen of te handhaven en bij de vrouw kan het leiden tot verminderde vaginale vochtigheid. Daarnaast blijkt dat sommige medicatie om de erectie te bevorderen niet samen gaat met medicatie voor hart- en vaatlijden. Dit maakt het risicovol om bij erectieproblemen medicatie zoals Viagra te gebruiken.

Vanwege de risico's dient het uitproberen van dergelijke middelen dan ook altijd in overleg met behandelaren te gebeuren. Kortom, lichamelijke of biologische veranderingen kunnen de opwindings- en orgasmedrempel en daardoor het sekspatroon waaraan men gewend is, beïnvloeden.


Tips om de seksualiteit te prikkelen na een ICD- implantatie

Hervat seksuele activiteit met bijvoorbeeld soloseks.

Spreek een periode af waarin er geen geslachtsgemeenschap plaatsvindt, maar wel aandacht wordt geschonken aan de intimiteit. Dit kan zinvol zijn om gespannenheid rond intimiteit te verminderen. Er ontstaat dan ruimte voor het stap voor stap herwinnen van het vertrouwen in de seksuele mogelijkheden.

Probeer andere houdingen uit; sommige houdingen zijn op bepaalde momenten prettiger.

Probeer eens een andere techniek, zoals orale seks, masturbatie (samen of alleen), gebruik van een seksspeeltje. Uiterst belangrijk is dat dit in veiligheid en met respect en instemming van elkaar moet gebeuren.

Zoek bij vermoeidheid een ander moment uit dat geschikter is en bespreek dit ook open met de ander. Wanneer er sprake is van een vaste gewoonte om op een bepaald tijdstip te vrijen, probeer dat dan ook eens op een ander moment van de dag.

Forceer niet bij vaginale droogte. Dit kan pijnlijk zijn en ook zorgen voor pijn bij een volgende keer. Gebruik liever een glijmiddel of zoek een bevredigende manier waarbij penetratie niet nodig is.


2.Psychologische factoren

Psychologische factoren zijn gedachten en gevoelens die iemand bezig kunnen houden. Bij ICD-dragers speelt vaak angst voor of onzekerheid over het afgaan van de ICD een rol.1 Deze angsten kunnen bewust of onbewust een vrijpartij beïnvloeden. Het kan leiden tot gedachten die afleiden en dit kan al ontstaan lang vóór de vrijpartij (bijvoorbeeld  mijn partner verwacht vanavond seks, maar als we vrijen gaat misschien mijn ICD af en kan ik me niet meer ontspannen'). Dergelijke gedachten leiden ertoe dat het lastig wordt om jezelf over te geven aan de situatie of de ander, wat een belangrijke voorwaarde is om de seksuele opwinding te laten toenemen. Deze angstgevoelens en gedachten kunnen ervoor zorgen dat er een drempel is om de seksuele activiteit weer te hervatten.

Een belangrijke vraag is of deze angsten terecht zijn. Volgens onder andere de Nederlandse Hartstichting is het risico dat de ICD afgaat tijdens seks echter betrekkelijk klein, zeker als de ICD-drager therapietrouw is.

Naast angstgevoelens kunnen gevoelens van somberheid invloed hebben op het seksueel functioneren. Gevoelens van somberheid kunnen ertoe leiden dat het verlangen in seks afneemt. Ook kunnen ze gepaard gaan met negatieve gedachten over zichzelf, waardoor de zelfwaardering kan afnemen, men het eigen lichaam minder aantrekkelijk vindt en er minder liefde voor is. Door het litteken van de operatie en door de inwendige defibrillator verandert namelijk het uiterlijk van de ICD-drager, wat kan leiden tot een verminderd zelfbeeld, schaamte en onzekerheid bij seksueel contact.


Waarom seks gezond is

Seks met je partner, soloseks of intiem bij elkaar zijn vermindert stress. Onderzoek heeft uitgewezen dat personen die regelmatig seks hebben een minder heftige stressreactie laten zien tijdens een stressvolle situatie (Brody, 2006 in Biological Psychology).

Seks versterkt het immuunsysteem. Mensen die regelmatig seks hebben (een à twee keer per week) hebben een hoger gehalte antistoffen dat hen beschermt tegen verkoudheid en andere infecties. Er is overigens geen stijgende lijn, want mensen die drie keer per week seksueel actief zijn, hebben minder van deze stoffen.

Seks stimuleert de conditie van hart en bloedvaten. Onderzoek dat in 2009 werd gepubliceerd in het Amerikaans tijdschrift voor Cardiologie, toonde bij 914 mannen aan dat het risico op een hartaanval verminderde bij het regelmatig bedrijven van de liefde.

Seks verzacht pijn. Door seks wordt oxytocine of ook wel het knuffelhormoon aangemaakt. Dit bevordert een gevoel van vertrouwen, hechting en verbondenheid. Het stimuleert ook de aanmaak van endorfines, dat beschouwd kan worden als een natuurlijke pijnstiller.

Seks helpt tegen incontinentie. Tijdens seks trainen vrouwen hun bekkenbodemspieren. Als deze spieren goed ontwikkeld zijn, zorgt dat niet alleen voor meer plezier aan seks maar leidt het ook tot een betere conditie van deze spieren zodat er minder kans is op urineverlies.


3.Relationele factoren

Naast lichamelijke invloeden, emoties en gedachten, kunnen ook relationele factoren het seksueel functioneren beïnvloeden. Indien door onderliggende hartproblemen, hartfalen bijvoorbeeld, bepaalde activiteiten niet meer samen verricht kunnen worden, kan dat de relatie veranderen. Deze veranderingen kunnen leiden tot relationele spanningen die weer een effect kunnen hebben op de seksuele contacten binnen de relatie.

Ook kan het juist gaan om de manier waarop de ICD-drager en zijn of haar partner met elkaar omgaan. Wat vroeger een liefdesrelatie was, kan veranderen in een relatie waarbij de één voor de ander zorgt. Als de partner zich voornamelijk als verzorger gaat opstellen, kan er rolverwarring ontstaan. De partner ziet het lichaam van de ICD-drager vooral als iets dat hij/zij moet verzorgen, zodat de seksuele prikkel voor dat lichaam verdwijnt.

 

Ook blijkt dat de partner net zoals de ICD-drager, vaak angsten en twijfels heeft.2 Bijvoorbeeld angst voor het afgaan van de ICD en de gevolgen van de shock. De partner heeft vaak een tijd van ongerustheid en zorg achter de rug. De impact van het hele proces op de partner, bijvoorbeeld het meegemaakt hebben van een reanimatie, wordt vaak onderschat en onvoldoende erkend. Zo kan er ook na de operatie bij de partner nog angst bestaan om zijn/haar geliefde te verliezen. Wanneer er te veel bezorgdheid en twijfels zijn, kan dit leiden tot overbescherming. De partner zal hierdoor veel uit handen willen nemen, wat kan leiden tot passiviteit bij de ICD-drager. Deze angstgevoelens en twijfels maken dat het ook voor de partner lastig is om het initiatief tot seksueel contact te nemen. Wanneer er bij het koppel weinig wordt gepraat over deze intieme zaken en/of verwachtingen worden omgezet in verwijten, zal dit het hervatten van seksualiteit bemoeilijken.

 

Communicatie en ontdekkingstocht

Het vinden van de juiste taal is zeer belangrijk. Dit werd in de november-editie van het ICD-journaal van 2006 al beschreven door twee ICD-dragers in een mooi persoonlijk verhaal.3 Door tegen elkaar te benoemen welke angsten en andere gevoelens er bestaan, kan een open sfeer ontstaan, waarin deze gevoelens aanwezig mogen zijn en gedeeld kunnen worden. Het bespreken van de ervaringen, emoties en de gedachten kan het vervolgens ook makkelijker maken om de intieme onderwerpen te bespreken.

 

Vaak bestaan er verwachtingen die niet kloppen. Zeker in een langdurende relatie zijn er in de loop der jaren patronen en gewoontes ontstaan over de manier waarop met elkaar wordt omgegaan, ook op seksueel vlak. De een weet bijvoorbeeld van de ander welke standjes of handelingen hij/zij het prettigste vindt. Dit kan heel makkelijk zijn, omdat ieder weet wat hij of zij kan verwachten. Maar in een situatie waarin een persoon ziek is geworden, kan er niet altijd worden teruggevallen op deze oude patronen en verwachtingen. Wanneer een stel bijvoorbeeld gewend is dat de één heel actief is en het initiatief neemt tijdens een vrijpartij kan een ziekte ertoe lijden dat die oude patronen niet meer vanzelfsprekend zijn. Er dient een nieuwe balans te worden gevonden. Dat vergt moed en inspanning, omdat van de oude vertrouwde gebaande paden moet worden afgeweken. Maar anderzijds kan het ook leiden tot een spannende nieuwe ontdekkingstocht naar wat een ieder het prettigste vindt in deze nieuwe situatie.

 

In zo'n situatie moet worden stilgestaan bij de mogelijkheden in plaats van bij de beperkingen. Centrale vragen hierbij zijn:  Wat kan ik of kunnen we nog wel? Wat wil ik of willen we toelaten? Wat wil ik of wat willen we investeren?' Het open bespreken van deze vragen zal het inzicht in elkaars wensen en mogelijkheden vergroten. Soms kan dit betekenen dat seks gepland moet worden op een moment dat er meer rust is voor elkaar en de situatie helemaal ideaal is. Bijvoorbeeld niet meer vlak voor het slapen gaan wat men gewend is maar eerder op de dag of avond wanneer de vermoeidheid minder parten speelt.

 

Door niet te strak vast te blijven houden aan de oude patronen kunnen oude seksuele gewoonten worden doorbroken. Dit kan niet alleen bewerkstelligd worden door open met elkaar te praten, maar ook door elkaar en elkaars lichaam opnieuw te gaan ontdekken, binnen de grenzen die het koppel zelf stelt. Op deze manier ontstaat een veilig en respectvol uitgangspunt om de seksualiteit opnieuw tot bloei te laten komen.

 

Professionele hulpverlening

Tijdens de complexe hartrevalidatie binnen Adelante nodigen de behandelaren de cliënt en de partner uit om te praten over seksualiteit en seksuele- en relationele aspecten die hen zorgen baren. Het cardioteam van Adelante is op dit gebied geschoold door Jim Bender en Riet Pieters.4 Zij hebben specifiek voor hen een teamtraining ontwikkeld en verzorgd.

 

Wanneer het niet lukt op seksueel gebied om een balans te vinden of bij een seksuele klacht, is het mogelijk om via een verwijzing van een huisarts of medisch specialist naar een seksuoloog of polikliniek Seksuologie te gaan. Een seksuoloog is gespecialiseerd in de menselijke seksualiteit en binnen een polikliniek Seksuologie worden seksuele klachten benaderd vanuit verschillende invalshoeken. Er zal aandacht worden gegeven aan de lichamelijke, psychologische en relationele factoren die de klacht kunnen veroorzaken of in stand kunnen houden. Binnen een polikliniek Seksuologie zijn naast een of meerdere seksuologen en/of psychologen ook medisch specialisten betrokken, zoals een uroloog en een gynaecoloog. Dit maakt het mogelijk om nauwgezet te onderzoeken of er seksuele functies beschadigd zijn en wat medisch gezien tot de mogelijkheden behoort, zoals het slikken van medicatie. Samen met de psycholoog/seksuoloog kunt u stilstaan bij manieren om anders te vrijen en leren omgaan met angsten en twijfels over seksualiteit. Maar ook kan het praten met elkaar binnen de relatie worden bevorderd of kunnen andere relationele veranderingen aan bod komen.

 

Tot slot

Binnen het Atrium Medisch Centrum Parkstad bestaat sinds 2009 een polikliniek Seksuologie die een dergelijke aanpak hanteert en waar regelmatig personen worden behandeld die door ziekte klachten hebben gekregen over hun seksualiteit. De ervaring is dat die ziekte en de seksuele klachten een behoorlijke uitwerking kunnen hebben op iemand of op de relatie. Vaak is er aan die problemen wel iets te doen, maar dan moet er wel de intentie zijn om het thema bespreekbaar te maken. Als deze openheid er eenmaal is, kan de ontdekkingstocht beginnen!

 

Literatuuropgave:

[1] dr. S.S. Pedersen, dr. K. van den Broek e.a.: Leven met een ICD; invloed op patiënt en partner. ICD- Journaal 2009-2 of http://www.stin.nl/, ICD / sociaal-maatschappelijk.

2 dr. S.S. Pedersen, dr. K. van den Broek e.a.: Leven met een ICD; invloed op patiënt en partner. ICD- Journaal 2009-2 of http://www.stin.nl/, ICD / sociaal-maatschappelijk.

3 Een ICD-implantatie laat je relatie niet onberoerd. Ria en Gijs Sterks/Jo Anne en Arie Susan: ICD-Journaal 2006-4 of http://www.stin.nl/, ICD / sociaal-maatschappelijk.

4 Jim Bender is GZ-psycholoog/seksuoloog NVVS en gespecialiseerd in seksuele en relationele gevolgen van een chronische ziekte en/of lichamelijke beperking. Naast zijn eigen praktijk werkt hij ook voor Sophia Revalidatie te Den Haag. Riet Pieters is arts-seksuoloog NVVS en heeft een praktijk voor seksuologische hulpverlening in Woerden.

Lees meer

Open archief (17 artikelen)