Wat wel en niet mag met een ICD

Schietsport

Een sportadvies voor iemand met een ICD is maatwerk, en o.a. mede afhankelijk van de reden waarom de ICD is geïmplanteerd en de mate van getraindheid vooraf. Uit de adviezen van de 36e Bethesda conferentie uit 2005 blijkt dat voor mensen met een ICD wordt aangeraden om contactsport te vermijden, vanwege het risico op directe schade aan de ICD. Geadviseerd wordt te sporten met een lage dynamisch en statische belasting; sporten en activiteiten als biljart, bowling, cricket, curling, golf, en geweerschieten worden vervolgens in algemene zin genoemd.

 

 De huidige ICD’s zijn inmiddels weer verder verbeterd, en er zijn case reports van mensen die veel intensiever sporten zonder klachten en met een ICD en tegen het advies van hun cardioloog in. Die worden inmiddels gevolgd in studie-verband. Bij schietsport zijn de knallen, de terugslag van een geweer, en de fijnstof van belang, naast de andere fysieke en mentale belastingen van de sport. ICD’s zitten onder de huid en zijn dicht. Fijnstof is van geen betekenis, anders dan voor anderen (hand- wassen na schieten, afzuiging goed aanzetten ter preventie van inademing). De terugslag is een kwestie van uitproberen in hoeverre de linker implantatieplaats in de buurt van het geweer komt. Meestal niet, denk ik. De luidheid van de knallen kan door een ICD goed worden verdragen.

 

Schietsport is met een ICD goed mogelijk, zolang het geweer bij de terugslag de ICD niet raakt.

(met dank aan de heer Jacobs, ICD-drager. Hij ontving dit antwoord van de directeur van Koninklijke Nederlandse Schietsport Associatie die daarvoor een sportarts en een sportcardioloog had geraadpleegd)

Lees meer