Partners

Marianne de Leeuw (juli 2010)

Iemand wilde gewoon naar me luisteren

Om te beginnen wil ik me even voorstellen. Mijn naam is Marianne de Leeuw-Scheeren. Ik ben 61 jaar en getrouwd met Cees. Hij werkt als vrijwilliger voor de STIN. Nadat mijn man in 10 jaar tijd twee keer aan zijn hart was geopereerd, werd bij hem in 2008 een ernstige vorm van hartfalen vastgesteld. Hij had een pompfunctie van nog maar 20%. Bovendien maakte zijn lichaam zelf geen rode bloedlichaampjes meer aan. Je zag hem zienderogen achteruit gaan. Vanwege de slechte pompfunctie werd uiteindelijk besloten tot de implantatie van een biventriculaire ICD.

 

 

Op de dag dat hij dit bericht kreeg, werd ik behandeld in revalidatiekliniek Adelante te Hoensbroek. Daarvoor had ik een tijd in het ziekenhuis gelegen omdat ik getroffen was door een hartstilstand waar ook nog een herseninfarct op was gevolgd. Dit was niet de eerste keer in mijn leven dat ik met hartproblemen werd geconfronteerd want toen ik 41 was, had ik ook al twee hartinfarcten gehad, werd ik vier keer gedotterd en was er een stent bij mijn hart en in mijn lies gezet.

 

In het ziekenhuis had ik last gehad van hevige aanvallen van angst en paniek en dat bleef ook zo in het revalidatiecentrum. Daar werd namelijk alleen aandacht besteed aan het opvoeren van mijn conditie maar niet aan mijn psychische problemen. Ik moest maar wat televisie kijken. Dan had ik afleiding.

 

Toen Cees me op een avond kwam vertellen dat hij een ICD kreeg was ik daarom wel blij voor hem want zo kon het niet langer, maar zelf raakte ik er alleen maar meer door in paniek. Ik had er namelijk in de verste verte geen idee van wat een ICD was en dacht dat het apparaat steeds shocks zou afgeven. Daarom hoopte ik dat de implantatie zou plaatsvinden terwijl ik nog in het revalidatiecentrum verbleef, maar die vlieger ging niet op omdat het nog 5 maanden duurde voordat dit gebeurde.

 

Na het verblijf in het revalidatiecentrum bracht ik nog zes weken door in een psychiatrische kliniek maar ook daar slaagde men er niet in mij van mijn paniekaanvallen af te helpen, ondanks het feit dat het met Cees na de implantatie van de ICD wonderwel goed ging. De eerste avond al, na de implantatie, toen ik hem ging opzoeken, vond ik al dat hij er veel beter uitzag. Toch durfde ik hem geen ogenblik alleen te laten. Dat was geen leven, voor hem niet en ook niet voor mij.

 

Er moest iets gebeuren. Toevallig kreeg mijn man een exemplaar van het ICD-Journaal onder ogen. Achteraan in het blad vond ik de adressen van vrijwilligers die, omdat ze zelf het nodige hebben meegemaakt, bereid zijn om je een steuntje in de rug te geven door naar je verhaal te luisteren. Ja, gewoon luisteren.

 

Onder de adressen bevond zich ook dat van mevrouw Marry Merkelbach, de contactpersoon van de STIN voor partners van ICD-dragers. Ik heb haar opgebeld en meer dan anderhalf uur met haar gesproken. Ik kon met al mijn problemen bij haar terecht. Ze gaf me waardevolle informatie en leerde me met name hoe ik met deze nieuwe situatie - een echtgenoot als ICD-drager - moest omgaan. Eindelijk had ik iemand ontmoet die een gewillig oor voor mij had en begreep wat ik al die maanden had gevoeld.

 

Dankzij dit contact werd ik rustiger. Elke keer als ik in paniek dreigde te raken, dacht ik terug aan dit gesprek en verdween mijn angst. Daar ben ik Marry heel dankbaar voor. Door haar hulp zie ik de toekomst weer optimistisch tegemoet.

 

Daar heeft ook mijn bezoek aan de eerste contact- en ontmoetingsavond voor ICD-dragers en partners in het Academisch Ziekenhuis in Maastricht in maart 2010 toe bijgedragen. De informatie die verstrekt werd door de cardioloog, de technicus en de ICD-verpleegkundige en de vele vragen van de aanwezigen die werden beantwoord, hebben me doen inzien dat er geen reden is om zo snel in paniek te raken over alles wat met de ICD te maken heeft.

 

Dit is mijn verhaal dat ik u als lezer wilde vertellen. Ik hoop dat ik er een paar mensen mee gerust heb kunnen stellen en wens u een goede gezondheid toe.

Lees meer

Open archief (1 artikel)