Medische verhalen
Hartspierziekte door eeuwenoud Fries foutje (juli 2016)
Auteur: Maaike Muller
Hij zocht naar een betere methode om de erfelijke aanleg voor ziektes op te sporen. Paul van der Zwaag, genetisch onderzoeker aan het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG), vond die manier. Bovendien kon hij de aanleg voor een hartspierziekte, die bij zeker tweehonderd families in vooral Noord-Nederland voorkomt, herleiden naar een Fries die tussen 1200 en 1400 leefde.
Eén klein foutje in het DNA van een Fries die zes tot acht eeuwen geleden in het oosten van zijn provincie woonde. Spontaan ontstaan, zoals er wel vaker veranderingen in onze genen sluipen. Van veel van die mutaties merken we niets. Maar deze verandering – in het gen fosfolamban (PLN), dat de calciumhuishouding in de cellen regelt – heeft meer effect. Het zorgt ervoor dat nu, honderden jaren later, zeker achthonderd personen, maar waarschijnlijk duizenden, met deze genetische mutatie een verhoogde kans hebben op een hartspierziekte.
Genetisch onderzoeker Paul van der Zwaag kwam de mutatie in het gen enkele jaren geleden op het spoor toen hij zocht naar een manier om een erfelijke aanleg voor aandoeningen binnen families op te sporen. ‘We kennen vaak mutaties in veel genen die allemaal een beetje bijdragen aan de ontwikkeling van een ziekte’, zegt Van der Zwaag, die onlangs op zijn onderzoek promoveerde. ‘Maar welke mutatie is nu écht belangrijk?’
Uitzoomen
Om daarachter te komen ontwikkelde Van der Zwaag een nieuwe genetische onderzoeksmethode. De geneticus keek niet alleen naar het gemuteerde gen, maar hij zoomde iets uit. Hij wilde weten welke stukken DNA bij alle patiënten met een bepaalde ziekte hetzelfde zijn. ‘Hoe groter het stuk DNA dat bij iedereen identiek is, des te groter de kans dat we daar het gen vinden dat belangrijk is voor de erfelijke aanleg om ziek te worden’, zo verwoordt Van der Zwaag zijn hypothese.
Zijn tests brachten Van der Zwaag op het spoor van het PLN-gen. Hij bekeek vervolgens de genen van 350 patiënten met de hartspierziekte aritmogene cardiomyopathie (ACM). Deze hartspierziekte kan zich uiten in klachten als vermoeidheid en kortademigheid, hartkloppingen en zelfs hartstilstand. ‘Uit ons onderzoek bleek een mutatie in het PLN-gen een belangrijke oorzaak te zijn van deze hartspierziekte.’ Bovendien bleek bij vijftig van de onderzochte ACM-patiënten een vrij groot gebied rond het PLN-gen identiek te zijn.
Toen hij meer gegevens bekeek, vond Van der Zwaag meer dan vijfhonderd personen uit ongeveer honderd families met datzelfde stuk DNA. ‘Dat kon geen toeval zijn’, aldus Van der Zwaag. ‘Zij moesten een gedeelde voorouder hebben. Op basis van de lengte van het identieke stuk DNA konden we afleiden dat diegene zeshonderd tot achthonderd jaar geleden heeft geleefd.’ Ook woonde hij of zij waarschijnlijk in het noorden van Nederland. Want hoewel de aanleg ook in de rest van Nederland en zelfs in de Verenigde Staten en Canada voorkomt, wonen verreweg de meeste dragers in Noord-Nederland. Om de plaats preciezer te identificeren, gebruikte Van der Zwaag informatie die bij genetisch onderzoek verzameld wordt.
Familie
Wie zich bij een huisarts of cardioloog meldt met klachten die bij een erfelijke hartziekte lijken te horen, wordt – mits hij dat wil – doorgestuurd naar een klinisch geneticus. Deze bepaalt met een bloedonderzoek of er inderdaad sprake is van een genetische afwijking. Als die wordt gevonden, kan ook het DNA van de familie worden onderzocht. ‘Zo kunnen we mensen opsporen die aanleg hebben om de ziekte te krijgen, maar nog geen klachten hebben’, zegt UMCG-cardioloog Maarten van den Berg, die meewerkte aan het onderzoek van Van der Zwaag.
Bij dit genetisch onderzoek wordt onder meer gevraagd naar de geboorteplaats en de doodsoorzaak van ouders en grootouders. Van der Zwaag analyseerde deze informatie van degenen met de mutatie in het PLN-gen en plaatste zo de gezamenlijke voorouder in het oosten van Friesland. ‘We hebben geen idee of het een man of een vrouw was of wie het precies was’, aldus Van der Zwaag. ‘Mutatiedragers zijn nu zelf verder aan het onderzoeken hoe ze verwant zijn aan elkaar. Dat is erg mooi om het verhaal af te maken, maar voor medici is die informatie niet noodzakelijk. Voor hen is het vooral interessant om te weten dat de ziekte vaker voorkomt in het noorden van het land.’ Artsen kunnen met die informatie sneller en beter diagnoses stellen bij mensen met hartklachten.
Daarbij kunnen ze, door ook de familie te onderzoeken, degenen opsporen die een erfelijke aanleg hebben om de hartspierziekte te krijgen. Dat bezorgt patiënt en arts een voorsprong. Familieleden met een erfelijke aanleg voor de hartspierziekte kunnen, al voordat ze klachten hebben, in de gaten worden gehouden. Misschien worden ze nooit ziek. Maar als ze dat wel worden, zijn de artsen er op tijd bij en kan worden ingegrepen als de schade nog niet zo groot is. Cardioloog Van den Berg: ‘Mogelijk kunnen we het onderliggende ziekteproces vertragen en het ontstaan van klachten uitstellen door iedereen met een genetische aanleg preventief medicijnen te geven. Dat onderzoeken we bij dragers van de aanleg in het PLN-gen voor de hartspierziekte ACM.’
Dit artikel verscheen eerder op de website van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG).
Lees meer
- Nederlandse Hart Registratie van start
- Radiotherapie bij patiênten met een ICD
- 'Innoveren voor best mogelijke zorg'
- Cryo-ablatie succesvol bij boezemfibrilleren
- 'Hart 3.0 betreft regeneratie van de hartspier'
- 'ICD-controle dichtbij is patiëntvriendelijk'
- Hartspierziekte door eeuwenoud Fries foutje
- Impact van ICD bij maken van mammogram (okt. 2015)
- Specifieke problemen met ICD's bij kinderen
- Nieuwe antistollingsmiddelen
- Betere medicijnen voor antistolling verwacht
- Hartfunctie verbetert: ICD is niet meer nodig (apr
- Pacemakerbehandeling kan effectiever
- Wel of geen defibrillatietest tijdens ICD-implanta
- Medicijngebruik Brugada
- ICD steeds vaker MRI-bestendig (oktober 2014)
- Professor Pedro Brugada (juli 2014)
- Ablatietechniek uit de VS toegepast (april 2014)
- Complicaties bij implantaties (april 2014)
- Wat vinden ICD-dragers van remote monitoring?
- Een draadje in of op het hart. Wat is het verschil
- Verlaging van stralingswaarde tijdens ablaties een
- Stamceltherapie biedt mogelijk voedingsbodem voor
- De cardioloog-elektrofysioloog.
- Nieuwe antistollingsmiddelen. Het voor en tegen
- Cardiale contractiliteit modulatie
- Eerste draadloze pacemakers geïmplanteerd
- Cardiogenetica, een wetenschap in ontwikkeling
- De neurostimulator: een nieuwe behandeling voor pa
- Hart in drie dimensies (januari 2013)
- Atriumfibrilleren (oktober 2012)
- Met pacemaker of ICD in de MRI (oktober 2012)
- ICD’s en het risico op infecties (oktober 2012)
- Specialist in ontregelde ritmes (oktober 2012)
- Richtlijn Radiotherapie bij patiënten met een ICD
- Verschillen tussen vrouwen en mannen met een ICD?
- Uitbreiding indicatie bivent. pacemakers en ICD's
- Vervanging ICD niet altijd vanzelfsprekend. Een voorstel (april 2012)
- Goed nieuws over hart- en vaatziekten. Ontwikkelingen in diagnose en behandeling (april 2012)
- Primaire preventie tegen plotse hartdood met een ICD: heeft de oudere patiënt hier net zoveel voordeel van als de jongere? (januari 2012)
- MRI-scan in veel gevallen veilig voor pacemaker- en ICD-dragers (januari 2012)
- Strenge normen voor ziekenhuis dat ICD-implantaties uitvoert (oktober 2011)
- Hartfalen bij vrouwen (oktober 2011)
- Het steunhart als permanente behandeling van chronisch hartfalen: een nieuw tijdperk is aangebroken ( april 2011)
- Bewaking op afstand kan gemoedsrust bieden aan patiënten met recall-ICD draden (april 2011)
- ICD-implantaties bij kinderen (april 2011)
- Studie concludeert: In Amerika worden veel ICD's onterecht geïmplanteerd (april 2011)
- Bij wie hapert het hart? (januari 2011)
- STIN en telecardiologie - een standpunt-bepaling vanuit het perspectief van de ICD-drager (januari 2011)
- Is primaire preventie door implanteerbare cardioverter defibrillatoren "shockproof" of zinvol? (oktober 2010)
- De toenemende rol van telecardiologie bij de behandeling van hartziekten en de gevolgen daarvan voor behandelaar en patiënt (april 2010)
- Hartritmestoornissen? Trek een defibrillator aan! (januari 2010)
- Maatwerk in het VU medisch centrum. Individueel maatwerk voor patiënten met hartfalen en Cardiale Resynchronisatie Therapie (januari 2010)
- Erfelijkheidsonderzoek naar oorzaak van plotse hartdood (juli 2009)
- Beëindigen van ICD-therapie: een optie? (januari 2009)
- De geheimtaal van het elektrocardiogram (januari 2009)
- De NYHA-classificatie (oktober 2008)
- Kastje voor kinderhart (oktober 2008)
- Orde in de chaos, deel 1: Boezemritmestoornissen (mei 2008)
- Orde in de chaos, deel 2: Kamerritmestoornissen (mei 2008)
- Erfelijkheidsonderzoek en de gevolgen voor ICD-indicaties (oktober 2007)
- Bevolkingsonderzoek naar borstkanker bij ICD-draagsters (oktober 2007)
- Waarom sterven jonge sporters plots aan een hartstilstand? (oktober 2007)
- ICD-implantaties bij kinderen (april 2007)
- Vraagtekens bij de veiligheid van de implanteerbare cardioverter en defibrillator: de recall procedures (januari 2007)
- Hartritmestoornissen bij duursporters (november 2006)
- ICD-draagster en zwangerschap (juli 2006)
- Wij waren ICD-draagster tijdens onze zwangerschap (Redactie juli 2006)
- Stilstaan door hyperactiviteit (januari 2006)
- De implanteerbare cardioverter en defibrillator: van alleen een shock naar volledig therapieplatform: de toekomst (juli 2005)
- De ICD: Levensredder bij uitstek (november 2004)
- Implantatie van de ICD: onder narcose of met plaatselijke verdoving (juli 2003)